Nou moeten jullie niet lachen maar wie
gaat er tegenwoordig 89 km fietsen voor een achterlichtje voor z’n gewone “huistuinenkeukenfiets”
ik dus. Gisteren zo rond het eerste schemerlicht moest ik nog even een paar
boodschappen doen en pakte de fiets, het achterlicht was ongeveer aan nieuwe
batterijtjes toe, dat wist ik, maar toen ik het knopje indrukte bleef het rode
licht achterwege. Bij thuiskomst eerst
de nieuwe batterijen plaatsen, echter zonder resultaat toen even sleutelen wat
ook niets opleverde dus vanmorgen eerst maar een nieuw setje aanschaffen, twee
schroefjes losdraaien en het oude geval meenemen voor de juiste afstand van de schroefgaten
op de nieuwe. Op mijn eerste adres hier ter plaatse was er niets te krijgen dus
dan maar even naar Medemblik en daar was het zo gepiept en als je dan toch
onderweg bent ga je even verder en zo kwam ik van Medemblik in Bovenkarspel en
heb nog een foto gemaakt van het monument, op een plek, waar geen enkele
fietser het zou vinden, ter nagedachtenis aan de slachtoffers van de z.g.
veteranenziekte opgelopen tijdens de Westfriese Flora al weer jaren geleden. Ik
ben via wat kleine weggetjes langs “de kolk” naar de dijk gegaan om het
rondje zoals ik dat al zo vaak heb
gereden te maken, maar nu in omgekeerde volgorde, Medemblik Enkhuizen en Hoorn.
Op de dijk is het nog zwaar bewolkt maar de blauwe lucht komt eraan en straks
heb ik volop zon. Inderdaad het gaat allemaal zoals ik had verwacht, het is
weer prachtig weer. Als ik door Hoorn ben gereden besluit ik om via Scharwoude
te gaan en dan naar Grosthuizen enz.. Ik volg eerst nog een stukje de dijk en
zie een paar fietsers aankomen maar op dat moment vliegen er ook een heel stel
ganzen op waar ik meer aandacht voor had en pas op het laatste moment zag ik
dat het familie was, Frans en Carin onderweg naar huis. Dus even achteruit en
heel kort bijkletsen. Er komt op dat moment nog iemand aan in een velomobiel,
een witte Strada, ik ken hem niet maar hij kent mij wel tenminste zo’n reactie komt
er als Frans vraagt en meteen bevestigd, “Jij kent hem wel, zo bekend als de
bonte hond zeker?” Maar goed ik begreep dat hij naar Jan Reus op weg was en die
weet mijn naam wel, ik ben Joep. Ik heb mijn rondje afgemaakt en kwam dus thuis
na 89 km, toen Jan Reus gebeld en die wist mij te vertellen dat hij inderdaad
net was geweest en volgens Jan is hij Oostenrijker en zijn naam is niet zoals
wij dat schrijven maar op z’n Oostenrijks of Duits gewoon Jüpp. Naderhand dacht
ik nog dat het van Frans toch wel stoer is, op de racefiets naar Purmerend als
het nog aardedonker is en dan Carin die hem liefdevol tegemoet fiets om samen
naar huis te gaan, geweldig stoer en sportief van allebei.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten